Cato zit in de woonkamer zachtjes te huilen.
Mama komt aangelopen en zegt een beetje geschrokken: ‘Cato, wat is er aan de hand?’
‘Sinterklaas en de Pieten zijn al heel veel dagen in ons land,’ snikt ze. ‘Maar ik heb ze nog nooit in het echt gezien.’
‘Ach Catootje toch,’ zegt mama. ‘Ik snap dat jij ze een keer in het echt wilt zien. Maar ze hebben nu toch al een paar keer jouw schoen gevuld. Dus dan zijn ze wel dichtbij hoor.’
‘Ja maar,’ snikt Cato verder, ‘ik wil ze gewoon echt zien!’
‘Zal ik jou eens wat verklappen dan?’ vraagt mama. ‘Volgende week ga jij Sinterklaas en de Pieten sowieso zien.’
Cato kijkt met betraande ogen op naar mama. ‘Waar dan?’ vraagt ze verdrietig.
‘Op school,’ zegt mama. ‘Dat heeft jouw juf mij laten weten. Dat hebben ze blijkbaar al zo afgesproken met Sinterklaas.’
‘Echt waar?’ vraagt Cato. En ze kijkt alweer een beetje minder verdrietig.
Dan horen ze ineens zachtjes Sinterklaasmuziek van buiten komen. Het komt langzaam dichterbij en ze horen de muziek steeds iets harder.
‘Wat is dat nou?’ vraagt mama en ze loopt naar het raam.
Cato loopt ook naar het raam. En dan ziet ze ineens een echte Piet buiten op straat lopen!
‘Kijk mama!’ roept Cato. ‘Daar loopt een Piet!’
‘Nou, dat is toevallig,’ zegt mama. ‘Het lijkt wel alsof ze wisten dat jij een beetje verdrietig was.’
‘Mag ik naar buiten?’ vraagt Cato.
‘Ja natuurlijk,’ zegt mama. ‘Doe snel je schoenen en je jas aan, want het is wel koud buiten. Lucas kom jij ook mee?’
‘Ja, ik kom eraan!’ roept Lucas.
Ze trekken snel hun jassen en schoenen aan en stappen naar buiten. Er lopen nog drie andere Pieten! En Pakjesbus 12 rijdt ook door de straat. Daar komt de muziek uit.
Algauw komen er twee Pieten naar Lucas en Cato gelopen.
‘Hallo daar!’ roepen ze. ‘Jullie lusten vast wel wat lekkere pepernoten, of niet?’
Lucas en Cato knikken hard van ja en houden hun handen op. Ze krijgen allebei een zakje met snoepjes en pepernoten.
‘Dankjewel!’ zegt Cato blij. En als de Pieten doorlopen naar het volgende huis roept ze: ‘Komen jullie ook nog naar mijn school?’
‘Jazeker!’ roept de Piet. ‘Dus tot snel!’