Natte voeten

Lucas en Cato zijn samen met papa en mama een paar dagen naar zee. Ze gaan vandaag een wandeling maken op het strand. Het is herfst en het waait best hard. Gelukkig zijn Lucas en Cato warm aangekleed. En natuurlijk hebben ze ook hun laarzen aan. En daarmee lopen ze vlak langs het water.

‘Mogen we ook met onze laarzen een beetje het water in?’ vraagt Lucas.

‘Ja, dat mag wel,’ antwoordt papa. ‘Maar niet te diep hè? Want dan komt het water in je laarzen.’

‘Ja, ja, dat weet ik wel,’ zegt Lucas. ‘Kom Cato, we gaan iets verder.’

Voorzichtig lopen ze een beetje verder het water in. Dan komen de golven ineens weer wat verder omhoog. Ze rennen terug het strand op en hebben de grootste lol!

Dan trekken de golven weer terug richting de zee.

‘Kom we gaan weer het water in!’ roept Cato. En weer stappen ze voorzichtig verder de zee in. Tot ze niet meer verder durven. Ze draaien zich alweer half om richting het strand en staan startklaar. Dan komen de golven weer omhoog.

‘Rennen!’ roept Lucas. En ze rennen snel het strand op. Gelukkig kwam er nèt geen water in hun laarzen.

‘Doen jullie wel voorzichtig jongens?’ vraagt mama. ‘Als je even niet oplet heb je natte voeten hoor.’

‘Ja, dat weten we wel,’ zucht Lucas.

‘We letten goed op hoor,’ zegt Cato.

Weer lopen ze voorzichtig het terugtrekkende water in. Lucas loopt voorop en loopt een paar stappen vooruit. Cato durft niet zo ver, want haar laarsjes zijn ook niet zo hoog als die van Lucas.

Dan komt er ineens een hoge golf aan.

Aaah, rennen Cato!’ roept Lucas.

Aaah!’ gilt Cato.

Ze draaien zich snel om en rennen de zee uit. Maar… het is te laat. De golf is nèt te hoog. Het water loopt precies over de rand van hun laarzen.

‘Oh nee,’ jammert Cato.

Aaah, dat is ijskoud!’ klaagt Lucas.

Papa en mama moeten er stiekem wel een beetje om lachen.

‘O, o, o,’ zegt mama. ‘We hadden jullie toch gewaarschuwd?’ Lucas en Cato kijken haar beteuterd aan.

‘Kom maar mee,’ zegt mama. ‘We lopen terug naar het hotel. Dan doen we een droge broek en droge sokken aan. En dan warmen jullie voetjes wel weer op.’